
Participatie is een belangrijk onderdeel in de meeste gebiedsontwikkelingsprojecten. Het is de kans voor buurtbewoners om invloed uit te oefenen op hun omgeving. Participatieprocessen zijn de laatste jaren creatiever geworden. VR-applicaties, co- creatie workshops en lego-ontwerpsessies zijn steeds gewoner geworden. Helaas is niet altijd duidelijk wat er met de input van burgers gebeurt.
In mijn onderzoek bestudeerde ik gebiedsontwikkelingsprojecten in Amsterdam, Hamburg en New York. Daar ontdekte ik dat in de meeste gevallen ontwikkelaars en ambtenaren al voor het participatieproces afspraken hadden gemaakt over de ontwikkeling van een gebied. Buurtbewoners kunnen vervolgens nog wel invloed uitoefenen, maar de grote lijnen zijn hiervoor al uitgezet. Daarnaast hebben niet alle buurtbewoners op dezelfde manier toegang tot participatieprocessen. Het actief meedoen met een participatieproces vergt een flinke tijdsinvestering. Voor bijvoorbeeld werkende mensen is het lastig om tijd vrij te maken voor participatie. Daarnaast gebruiken adviseurs en ambtenaren vaak professionele taal die niet voor alle buurtbewoners even duidelijk is. Op hun beurt begrijpen adviseurs en ambtenaren niet alle nuances van het taalgebruik van praktisch opgeleide mensen zich.
In dit document presenteer ik acht ideeën waarmee deze barrières verminderd kunnen worden. Geen van deze ideeën is het ei van columbus om sociale ongelijkheid op te lossen, maar ze kunnen inspireren om participatie inclusiever te organiseren.